De morele onderwereld en de morele bovenwereld

Het probleem met narcisten en met narcistische leiders in het bijzonder is dat zij heel slecht personen en gezags instanties boven zich verdragen. Ze willen ze juist controleren. Wat waar of niet waar is, wat waarschijnlijk of geldig is, dat komt bij hen van binnenuit, uit hun eigen geest, en niet van buiten, van de wetenschap, het recht, of gezaghebbende personen op een bepaald expertisegebied.
De gemiddelde mens laat zich op zijn eigen ideeën over de werkelijkheid, over zijn vermeende feiten wel corrigeren. Maar een narcist verdraagt het niet gecorrigeerd te worden want dat ervaart hij als de mindere zijn. Daarom is een narcist niet geïnteresseerd in de feiten, de waarheid en de expertise van anderen, tenzij die stroken met wat hijzelf denkt, dan zal hij er handig gebruik van maken om anderen mee te controleren, te manipuleren.

Kortom, de narcist luistert niet naar de waarheid buiten hemzelf, hij creëert de waarheid. Hij leeft niet met de feiten, hij maakt de feiten. Hij kent de regels maar maakt zijn eigen regels. Hij hoort het expertadvies maar geeft zelf zijn expertoordeel.

In die zin kan men niet zeggen dat een narcist liegt want voor liegen heb je een zeker benul nodig van wat waar, waarschijnlijk of geldig is, en het kost een leugenaar veel moeite en geslepenheid om dat juist te verbergen. Een narcist heeft daar geen last van, hij hoeft niks te verbergen want hij plaatst het hoogste gezag over wat waar, waarschijnlijk en geldig is binnen zichzelf. Het is een gesloten denksysteem, dat is de aard en de dynamiek van zijn persoonlijkheidsstoornis.

Daarom zitten mi. de media en allerlei deskundigen op een verkeerd spoor als zij een narcistisch leider (bv. Trump) confronteren met zijn onzin en hem turven op het aantal leugens per week. Zoiets helpt niet want bij een dergelijke insteek gaat men ervan uit dat zoiets een corrigerende werking heeft op de narcist, of op zijn minst op zijn directe omgeving. Een narcist heeft van die kritiek weinig last, het moedigt hem alleen maar aan nog harder van leer te trekken.
En als zijn directe omgeving, zijn ‘adviseurs’, hem proberen te corrigeren vervangt hij ze door ‘betere adviseurs’ die bereid zijn ‘het beleid’ te ondersteunen. Een beleid dat overigens meestal chaotisch is omdat de binnenwereld van de narcist chaotisch is, stuurloos, vooral omdat hij geen morele regels en kompas heeft om zich in de wereld mee te oriënteren.

Het probleem is dus nooit de narcistisch leider zelf die at random gevaarlijke brokken maakt, hij is onbereikbaar, oncorrigeerbaar. Je verspilt je tijd met de hoop dat het op den duur wel beter zal gaan of dat hij nog in zijn werk moet groeien. Maar een narcist groeit niet want je groeit door het maken van fouten, door trial en error, en de narcist maakt nooit fouten. Nee, het probleem zit bij degenen die hem in het zadel zetten (nou ja, je kunt je es vergissen als sollicitatiecie.) maar vooral bij degenen die hem in het zadel houden.

Kortom, als je tegenwicht wil geven aan een narcistisch leider, richt je pijlen dan niet op hem maar op de moraliteit van zijn directe medestanders. Maak hen ten volle verantwoordelijk voor de brokken die hun narcistische leider maakt. In de VS, en daarmee in de hele wereld, zijn de brokken die de White House staf, de Republikeinse Partij en hun lobbyisten maken meer dan overduidelijk. En dichterbij: richt je pijlen op de personen in Raden van Toezicht, de Raden van commissarissen, de Ondernemingsraden, De Raad voor de journalistiek, etc. Niet op narcistische CEO’s, Hoofdbestuurders, Partijleiders, etc.
De vermenging van de morele bovenwereld met de morele onderwereld van leiders met een narcistische (en psychopathische) persoonlijkheid, en dat zijn er in de geschiedenis van de politieke, financiële, militaire en religieuze wereld nogal wat, die vermenging is misschien wel het grootste, rampzalige gevaar voor de democratie.

Chris Koopmans