Column: niet klagen maar dragen

Niet klagen maar dragen…

Niet klagen maar dragen, werd mij als kind verteld. Ik gebruik het hooguit nog met een ironische zucht.  Een stoffig advies uit een andere tijd. Niet klagen maar dragen is geworden tot: niet klagen maar oplossen. We hebben met Stephan Covey geleerd om de juiste vragen te stellen. Waar zit jouw invloed bij dit probleem? Voor welke acties kun je zelf verantwoordelijk zijn? Wees pro-actief en kom uit je slachtofferrol! Aan de slag en Erop af! Het zijn de mantra’s van een maakbare wereld.  Alles moet anders. Alles kan anders. Pieter Geenen weet deze tijdgeest fijntjes neer te zetten:

Trouw 14 januari 2019

Natuurlijk zijn veel mensen gebaat bij een opgewekte en op verandering gerichte begeleiding die niet bij de pakken neer gaat zitten. Toch raakt Pieter Geenen een snaar bij mij. Want de ‘blije coaches met een programma’ in deze strip zijn niet geïnteresseerd in Anton Dingeman. Wie een hamer is, ziet overal een spijker. Aandacht die zich direct richt op ‘het probleem’ of ‘herstel’ is geen aandacht. Coaches zijn geen reparateurs. Niemand wil een huisarts die nauwelijks opkijkt van zijn scherm, hoe prettig het ook is dat mijn ‘geval’ daar beschreven staat. De filosoof Awee Prins schreef onlangs in Trouw een artikel met de titel: Beter wordt het niet. Hij heeft het daarin o.a. over het ‘broze leven’. Broosheid kun je niet repareren. Toen na de dood van zijn vrouw hem het leven te zwaar bleef vallen, kreeg hij een ‘personal coach’ die hem de vraag wist te stellen: Waar ben je over twee jaar? Dit was zo’n coach met een programma. Vastzitten was voor deze coach geen optie. Hij kende blijkbaar alleen verandertaal. Geen zoekende, open taal, taal die kan wachten. Prins stelt in zijn artikel: ‘Het gaat in het leven niet om zegevieren, niet om ‘eruit te komen’, ‘er boven op te komen’. ‘sterker te worden’, om ‘persoonlijke groei’ te bereiken: geduld, doorstaan is alles.’

In deze mooi weer maatschappij lijkt zo’n woord als ‘doorstaan’ te passief. Het klinkt niet succesvol genoeg. Het lijden lijkt te moeten worden weg-gecoacht. Daarmee verhullen we onze handelings- verlegenheid bij de moerassige en niet-beïnvloedbare aspecten van het leven. Hoe duurzaam zijn onze oplossingen eigenlijk als er geen contact wordt gemaakt met die pijnlijke en moeizame onderstroom die het leven nu eenmaal kent voor veel mensen? Op veel momenten in mijn leven, dat ik naarstig naar een oplossing zocht, had ik veel aan de vraag ‘kun je het dragen?’ Daarmee leerde ik een moeilijke werkelijkheid te accepteren, een werkelijkheid waarvan ik ten diepste wist dat ik hem niet meer kon veranderen. Een goede coach is present, vangt de grondtonen van onmacht en eindigheid op achter de vraag naar concrete oplossingen. Zo’n coach durft er bij te blijven, aandachtig en programma-loos. Vaak is dat genoeg.

Rien van der Zeijden